10 mrt Gered van de slacht
Donderdag 5 maart 2020 was een intense en bijzondere dag, maar ook waarin allerlei mogelijkheden, complexiteiten en lessen van het leven samen kwamen. Het liet me zien dat waar pijn, wrok en haat is, er een les te leren en liefde te vinden kan zijn.
Gisteren zijn Stichting de Nobele Hoeve, Lea Goodett en ik (Lisette Kreischer) zes lieve wezens gaan ophalen die door een boer waren uitgekozen om niet naar het slachthuis te gaan, maar in plaats daarvan rest van hun natuurlijke leven door te brengen in een nieuw gebouwd houten huisje in een klein bos in Brabant. Het was een achtbaan van indrukken. We bleven kalm tijdens een wervelwind van schijnbaar tegenstrijdige emoties. We bleven sterk toen we wisten dat 1794 andere even zoete en slimme wezens deze natuurlijke manier van leven nooit zouden ervaren, maar een pistool op het hoofd en mes door de keel in minder dan 3 maanden. We verzachtten ons hart en droogden onze tranen toen een vrachtwagen ons passeerde op weg naar de boerderij vol baby’s die binnenkort hamburgers zouden worden. We waren aardig voor de boerin die de varkens haar schatjes noemde en die best een leuk mens bleek. Ik wilde haar niet leuk vinden, ik wilde haar haten. Maar ik kon het niet, omdat ik geen haat voelde. Ik voelde wel verwarring, schuld, verdriet, pijn, liefde, vreugde en dankbaarheid. We vingen een glimp op van de complexiteit van het leven, de yin en de yang en alles daartussenin. Achter elke deur is een verhaal te vinden, wachtend om door ons gehoord te worden, zodat we op de best mogelijke manier van dienst kunnen zijn met zachte harten en een sterke aanwezigheid. Er is niet 1 soort boer, veganist of 1 vorm van activisme. Het is waar we elkaar kunnen ontmoeten en een overeenkomst kunnen vinden, waar mogelijkheden zich voordoen. Dat is de reden waarom 6 wezens gisteren zijn vrijgelaten (en de aangrijpende aanleiding ertoe kun je hieronder lezen). De baby’s waren in paniek en bang toen we ze moesten overhevelen de trailer in. Uit hun veilige omgeving weg. Weg van de boerin waar ze aan gehecht waren. Wat wij er ook van vonden, het was het enige wat ze kenden.
Tegerlijkertijd waren ze dolblij toen ze zichzelf lanceerden in een pas geschilderde schuur gevuld met schoon stro. Ze hadden nog nooit het daglicht gezien en binnen een uur hadden ze hun nieuwe leven geaccepteerd. Niet terugkijkend, geen verdriet, maar volslagen vreugde en geluk. Ze beten in onze tenen en gaven ons kusjes. Zo vol liefde en nieuwsgierigheid. Wat een les. We huilden en lachten en onze harten waren vol toen we de deur van de houten schuur sloten, wetende dat die nacht 6 baby’s veilig zouden zijn en begonnen aan de eerste nacht van de rest van hun hopelijk lange natuurlijke en gelukkige leven.
Geschreven door Lisette Kreischer en hierbij sluit ik (Margarit Gerrits) mij geheel aan.